Op de armen van de melkwegen dansen
jij en ik.
Tussen sterren hopen we toch maar
nog heel even
lief te hebben.
Tot de kometen komen aansuizen
en ons
woord
voor
woord
ontleden.
Lezen zullen ze ons niet,
want onze woorden vormen geen zinnen.
Gij hebt universums in uw hoofd
en nog weet gij mij niet te beminnen.