Vandaag heb ik een droom verleerd
hem ingeruild, laten vergelen
witgewassen door herhaling
er stond toch niet meer
wat er staat
Het water dragen was ik moe
dus ben ik uit mijn slaap getreden
enkel de geur en soms de tast
zijn nog mijn wakkere vingers waard
De aardeschudder en zijn speer
de nachtwacht die mijn nacht bewaakte
ik schrijf ze thuis en eeuwig leven
en nostalgie om te genezen
zonder komma's aan elkaar
In de vorm van wat boeken
is wat ik meeneem licht te dragen
een vel papier, een lichtbron
om mijn schaduw na te kijken
wat ik verlaat is diep en zwaar
Nu dringt zich enkel nog mijn blik
aan mij op als eerste vraag
als een analfabete genster
die het denkt te durven wagen
die met de ander zichzelf aansteekt
om dan samen te vervagen