Je smaakte zoet
Zoals antivries zoet smaakt
Soms, op een blauwe maandag
Soms, met Pasen
Soms, met zaklampen onder water
We droegen bloemen op het hoofd
En gewicht op onze schouders
We zagen sterren in druiven
En oceanen in druppels
Wij verfden avonden
met de abrikozenlikeur die we
verdeelden in kleine glaasjes
en aten bij de cake
Uiteindelijk
bleek het toch niet zo moeilijk
(zoiets als heremietkreeften die van schelp veranderen)