na de ruzie leggen we de mat naast de asbak
in de woorden die we leggen laten we jokers na,
doen we de ander invullen
wat we zelf niet kunnen zeggen
ik trek mijn woordwaarde in twijfel
door letters die fameuzer klinken
de ranke vingers van de A
het exotische van de Y
zou ik voldoende zijn?
genoegzaam?
ik vraag me af of wij blanco blokjes zijn,
onbeschreven bladen, dan wel
besmeurd met inkt
zou ik jouw handschrift nog kunnen
onderscheiden, de hanenpoten,
de vlekken die enkel linkshandigen achterlaten
je ontbloot de woorden
die ik niet wil horen
de smacht, het hartzeer,
de discussies over de afwas en
de pijn van een verleden
toen wij nog afzonderlijk waren
toen er nog geen taal was tussen ons,
laat staan een enkele klinker of woord