Hier woont de mens die zichzelf is vergeten
Naast hem een onbekende
daarnaast een oude vrouw
Haar gezicht is grijzer dan novemberregen
op haar hoofd draagt ze een meeuw
Hier loopt men tegen het staren aan
Roept noch nadert
tot bij mij
Hier schooit de steelse mens
zichzelf weer bij elkaar
tracht het talmen van zijn blik
voorgoed vooruit te schuiven
Het hier kan men enkel horen
aan de kuiten van jonge moeders
wanneer de eerste herfstbladeren bijten
wanneer twee katten vechten
om het zonlicht en een blikje oude worst